dinsdag 29 oktober 2013

Crisis


Factuur 600 verstuurd, al sinds 1995 bezig met opdrachten, heel erg druk gehad, ontzettend veel getekend.

En nu is het opeens al een tijdje best rustig. Crisis? Toeval? Uitgerangeerd?

Maakt niet uit. Ik moest er even aan wennen, maar zag meteen mijn kans: naast dat ik veel tijd heb om te schrijven (joepie!) wilde ik ook al veel langer eens wat anders uitproberen met mijn tekenwerk. Ander materiaal, andere invalshoek.

Maar dat doe je niet zo snel als er een deadline in je nek hijgt, en de opdrachtgever je gevraagd heeft om werk dat hij al van je kent. Een nieuwe stijl of materiaal onder de knie krijgen vergt veel tijd. En die heb ik nu.

Een paar weken geleden kwam ik (notabene in de Intertoys) een boekje tegen, een geïllustreerde kinderbijbel. Ik viel meteen voor de illustraties. Zo vrij, zo licht, zo leuk!
Helaas had ik mezelf net een BoekKoopVerbod opgelegd, maar toen ik ontdekte dat het maar 4,95 kostte heb ik die regel bruut overtreden. Het boek inspireerde mij in de winkel al zo dat het dat geld meer dan waard was. 

De illustraties zijn gemaakt door Chiara Raineri.

Het zijn geen wereldschokkende tekeningen, maar ze openden mijn ogen voor hoe ik al die jaren op een bepaalde manier heb geïllustreerd. Hoe ik doorploegde binnen één stramien. Er zit wel ontwikkeling in, maar wel steeds op dezelfde route. Ik wil eens wat anders!




De wolk: waarom niet gewoon wat gekras en waarom die 
berg niet gewoon dwars door dat figuurtje geschilderd? 
Het zou niet in me opkomen. 




Een figuur op een apart papiertje getekend en niet netjes uitgeknipt. 


Een van de figuren op een ander soort papier tekenen. Why not?



Ik had moeilijk lopen doen en opgezocht waar de maag van een walvis zit en
hoe dat anatomisch toch allemaal had gemoeten. 
Chiara niet. Zij tekent Jona gewoon in de walvis. :-)



Het slachtoffer op een gescheurd papiertje tekenen met zichtbare lijmvlekken. 


Inmiddels heb ik al heel wat geëxperimenteerd. En hoe mooi: er kwamen twee verzoeken tot illustraties binnen waarin ik zowel de tijd als de ruimte krijg om nieuwe dingen te proberen. Het is nog een beetje te vroeg om daar wat van te laten zien, (en ik vind het eng) maar het is in elk geval bijzonder inspirerend om mezelf toe te staan te klooien en te pielen. Zonder deadline en zonder gehijg. 





zondag 27 oktober 2013

Mijmeringen


Afgelopen zaterdag gaf ik een workshop "Hoe schrijf ik een boek" in het dorp waar ik geboren ben, Sassenheim. Het was bijna twee uur met de trein.

Ik hou van treinreizen. Het is een van de weinige momenten dat ik uit het raam kan staren zonder dat mijn Nuttigheidsdwang me achter de broek zit.

Een paar uur te vroeg was ik er al. Ook zoiets wat ik heel fijn vind: dwalen door een stad of dorp. Ik liep langs het huis van mijn oma aan de Zandslootkade, waar mijn moeder en haar broers en zussen opgroeiden en waar mijn oma tot op hoge leeftijd woonde. Ik bezocht het kerkhof waar mijn voorouders liggen, bij een mooie kerk midden in het dorp. Ik wandelde door de straat waar mijn vader opgroeide en kwam langs het oude schoolgebouw waar mijn vader en moeder elkaar leerden kennen. Dat moet rond 1963 geweest zijn.



Dit is waar 'ik' begon, zou je kunnen zeggen. Gek idee. Het had allemaal makkelijk heel anders kunnen gaan, maar zo ging het en daarom ben ik er.

Lang heb ik hier zelf niet gewoond, toen ik drie maanden was verhuisden we naar Zwolle. Maar Sassem voelt nog altijd een beetje van mij, natuurlijk ook omdat we er vaak kwamen. 

Ik dronk ergens koffie, at een boterham en mijmerde over de tijd en dingen die voorbijgaan.

Om drie uur begon de workshop. De eigenaresse van Boekhandel Wagner had een lange tafel neergezet en twee van haar dochters verzorgden de koffie en thee. Er kwam bijna dertig man, ongekend veel. Het was heel erg leuk. Ik ben niet zo'n prater, maar met dit publiek ging het me heel makkelijk af. Je voelt het als mensen willen horen wat je te vertellen hebt, en dan gaat het vanzelf.

Voldaan liep ik weer naar het station en treinde naar huis met in mijn tas twee nieuwe boeken: eentje van Marcel Vaarmeijer, die er zonder dat ik het wist ook was om onze afgesproken Boekruil te bewerkstelligen, (Ik Su-Su-Superster en hij Zwaartekracht) en een boek als cadeau voor mijn workshop. Ik mocht kiezen en het werd: Achterstallig geluk van Lieneke Dijkzeul.  

woensdag 23 oktober 2013

Een groot, mollig en ongelukkig spuugdoekje


Negen jaar geleden was ik hoogzwanger.
Een wonder. Elk kind is een wonder, maar ons was gezegd dat de kans dat we spontaan een kind zouden krijgen klein was. Toch kwam ze, uit zichzelf, na vijf jaar wachten.

Ik heb altijd al heel erg graag willen tekenen en schrijven en was daar fanatiek mee bezig. Veel mensen hadden me voorspeld dat ik nadat ik moeder zou zijn geworden dat allemaal niet meer zo belangrijk zou vinden. Ik hoopte dat dat niet het geval zou zijn en ik kon het me ook niet voorstellen.

'Wacht maar,' zeiden die mensen.

Het was niet zo.

Uiteraard waren er opeens enorme gaten geslagen in de zeeën van tijd die ik eerst had. Dat had tot gevolg dat ik heel scherp moest kiezen in de tijd die ik wél had: ging ik stofzuigen, of schrijven? Sokjes breien of een kinderboek illustreren?

En had ik tien minuten over, dacht ik niet zoals eerst: ik doe niks meer, want wat kun je doen in die tijd? Nee, tien minuten waren opeens een zee van tijd waarin ik sprokkeldingetjes kon doen: enveloppen schrijven, een mailtje beantwoorden, tekeningen inscannen.

Ik deelde mijn werkzaamheden op in concentratiewerk (dat deed ik als ik een goede nacht had gehad en ik niet instortte van vermoeidheid) of routinewerk (wat makkelijk kon op een onderbroken nacht van een paar uur.)

Ik deed minstens zoveel als voorheen in veel minder tijd en alles wat niet belangrijk was, viel af. Mijn haar plakte als een pannenkoek om mijn hoofd, ik krabde melkvlekken op schouderhoogte van mijn mouwen zodat het nog wel een dag meekon, ik kookte lui en ik vrees dat ik in die tijd niet overliep van sociaal intermenselijk gedrag.

Heel efficiënt allemaal. Ik ging als een speer.

Maar ik staarde ook nooit meer een uur uit een raam. Ik keek zelden meer een stomme film met mijn voeten op tafel en mijn hand in een zak chips. (Dat laatste deed ik wel, die hand, maar dan met in mijn andere hand de muis). Ik deed nooit meer niks, ik kon dat zelfs niet meer. Ik was helemaal gericht op Doen en dan vooral Dingen Die Nut Hadden Voor Mijn Werk.

Het kind in kwestie heeft er weinig van gemerkt, want ik deed zo goed als alles als ze sliep, in de avonduren of op de dag dat mijn eega thuis was, en later op de twee halve dagen dat ze naar de opvang ging.

Waar kwam die bewijsdrang vandaan? Waarom wilde ik laten zien dat ik het allemaal kon: een baby'tje krijgen, moeder worden, een dreumesje opvoeden en wat werk betreft doorgaan alsof er niets gebeurd was?

Ik weet het niet. Niet echt. Zoiets zal het zijn: Ik wilde blijven meetellen. Ik wilde pertinent niet door het moederschap vermutsen. Maar vooral dit: het schrijven en tekenen is iets van mij. Zonder dat was ik veranderd in een groot, mollig en ongelukkig spuugdoekje.  

Toen deze bijna negenjarige een baby'tje was, schreef ik dit boek 
met haar tegen me aan. Nu leest ze het zelf.

woensdag 16 oktober 2013

Factuur 600


Vandaag stuurde ik een factuur met nummer 600.
Zeshonderd!

In 1995 kreeg ik mijn diploma van de kunstacademie. Datzelfde jaar deed ik mijn eerste betaalde opdracht: een tekening in een boek over leren praten (geen idee of ik het nog heb). Ik stuurde daar vast geen factuur voor. Ik weet nog dat de vrouw voor wie ik het deed vond dat ik er te weinig voor vroeg en ze bood aan me 50 gulden te betalen. 

Ik bleef nog twee jaar hangen op de academie en haalde mijn lesbevoegdheid. Daarna zocht ik een baan: niets deed mij geloven dat ik van het illustreren zou kunnen leven. Ik werkte bij de bank, en nadat ik daar gillend weggerend was (maar wel tijdens een oersaaie bijeenkomst mijn logo ontwierp) kwam ik bij een communicatiebureau terecht waar ik als DTP'er werkte. Erg leuk, veel geleerd van de 'achterkant' van het vormgeven. Goud waard voor mijn eigen werk. 



In 1998 had ik als een van de weinige illustratoren al een eigen website, veel stelde het niet voor, wat plaatjes en mijn adres. Maar ik kreeg in een week twee grote opdrachten en toen begon het balletje te rollen. Ken je deze cheetah? Hij rijdt nog steeds rond rondom Zwolle, ik heb 'm al in het hele land gezien. Getekend door mij! Dat was een van mijn eerste opdrachten, in 1998.


Ik moest steeds vaker vrij nemen van mijn werk om mijn illustratiewerk af te kunnen krijgen. Ik stond op een tweesprong: om meer werk te krijgen zodat ik er van kon leven zou ik meer acquisitie moeten doen, maar door mijn DTP-werk had ik daar geen tijd voor. Bovendien wilde ik ook serieus werk gaan maken van het schrijven.

Ik weet nog dat ik terugreed van m'n werk, van Emmeloord naar Kampen, en dat ik ergens op die weg naar de wolken keek en in mezelf de zekerheid voelde: ik kan het. Ik wéét dat ik het kan.

Vlak voor mijn 30e verjaardag nam ik de sprong in het diepe: ik ging fulltime illustreren. Nou was dat ook te doen: we hadden nog geen kind, en mijn echtgenoot heeft een vast inkomen. (Ik weet niet wat ik gedaan zou hebben als ik alleen was geweest).

Natuurlijk werd het op dat moment meteen angstvallig rustig. Gelukkig trok dat bij en sinds 2001 werk ik fulltime als schrijver en illustrator.

Ik heb domme dingen gedaan (veel te veel werk voor veel te weinig geld, of geen goede zakelijke afspraken gemaakt, of werk aangenomen waar ik eigenlijk niet geschikt voor was, of geen nee kunnen zeggen en met veel te veel werk opgescheept zitten en een idiote deadline, zelfs een keer vergeten om een factuur te sturen! (*schaam*)) maar vooral veel bijzondere dingen gedaan, veel mensen leren kennen, en ongelooflijk veel geleerd!

Zeshonderd facturen: dat zijn zowel hele grote opdrachten geweest zoals het logopedieboek (1138 illustraties!), ongeveer honderd kinderboeken, en ook geboortekaartjes en eenmalige cartoons of een enkel dtp-klusje. 

600 opdrachten in 15 jaar: dat is gemiddeld 40 per jaar, zo een per week. Voor de boeken (18) die ik schreef stuurde ik geen factuur, dus die komen er in gedachten nog bij. 

Wat heb ik toch ongelooflijk leuk werk, ik hoop zo dat ik het de rest van mijn leven kan blijven doen.

Ik ga (in elk geval) voor de 1000 facturen. Of 1200. Of nog veel meer.

Grappig detail is trouwens, dat de klus die ik voor factuur 600 deed het (her)schrijven van een zakelijke tekst was.  





dinsdag 15 oktober 2013

Paardenkont en eeuwigheid

Ik ben aan het werk als de telefoon gaat. Het is mijn dochter van bijna negen jaar.
Haar stem aan de telefoon ontroert me altijd, vooral als ik vlak daarvoor met zoiets triviaals als de BTW-aangifte bezig was. 
'Mam, mag ik mee met A. naar paardrijden?'

Ze belt met de mobiel van de vader van A, die op het punt staat te vertrekken. 
Ik moet NU beslissen. En IK moet dat doen, ik kan niet overleggen of erover nadenken. 

Mag mijn dochter met een vreemde vader mee naar paardrijden ergens?

Mijn hele lijf zegt: Nee. Een paard is gevaarlijk. Is er wel begeleiding, straks gaat ze er achter staan, ik heb die vader alleen een keer in het voorbijgaan gezien, geen idee wat voor man het is, waar is het eigenlijk? Je geeft je kind toch niet zomaar mee aan iemand die je niet kent en ook nog zonder dat je weet waar het is? Straks drinkt ie een borrel daar of rijdt ie als een idioot? Waarom moet dat hele kind eigenlijk naar paardrijden, wat is er mis met stoepkrijten of kettingrijgen? 

Wat een verschrikkelijk overbezorgd geneuzel, klinkt een andere stem. Je moet je kind loslaten. Heb vertrouwen in de ander. Die vader is vast voorzichtig met rijden, zijn eigen dochter gaat ook mee en er zijn vast mensen op die manege. En ze redt zich wel. Je kunt haar niet altijd bij je houden, ze gaat haar eigen leven leiden. Ooit zal ze nog veel engere dingen zonder jou doen en je kunt er maar beter aan wennen. Of wil je soms dat je kind stikt in je overbescherming?

Met mijn hoofd vol met aan eindigheid en eeuwigheid en hemel en dood gerelateerde gedachten wacht mijn dochter nog altijd aan de andere kant van de lijn. 
'Nou, mag het?'

Ik ben benieuwd naar mijn antwoord. 

'Tuurlijk,'  zeg ik. 'Veel plezier, meisje.'

Het gesprek in mijn hoofd gaat nog wel even door.






Update: ik kreeg net een telefoontje dat het hele paardrijden niet doorgaat. Mijn volgende blog gaat over overbodige stress.


zondag 6 oktober 2013

Ontspullen


Wat hebben we veel spullen. Zoveel spullen. Voor ooit. Voor misschien. Gekregen van. Herinnering aan. Zelfgemaakt door.

Eens in de zoveel tijd ben ik (vermoedelijk hormonaal bepaald) sterker dan die sentimenten. Meteen moet ik daar gebruik van maken en ren ik met een vuilniszak en doos door het huis.
Kleren, speelgoed, dingetjes, blikjes, spullen. Weg met die zooi.

Vanochtend heb ik zelfs - een unicum- een doos vol boeken weggedaan.

Echt weggooien wil ik niet en hoeft ook niet. Alles gaat naar de Kringloopwinkel.
Als ik daarvandaan terugrijd (en weg echt weg is) verkeer ik altijd in een zeer aangename stemming.
Het is een nog fijner gevoel dan wanneer ik iets gekocht heb.
Ik ben ergens van verlost.


Jij bezit de spullen niet, ze bezitten jou.

dinsdag 1 oktober 2013

Er is geen bal op de tv


Vroeger mocht ik op woensdagmiddag televisiekijken en op zaterdagavond. Al had ik vaker gewild, het had geen zin: er was niks op. We keken eerst nog zwart-wit, toen ik een jaar of zes was kregen we een kleurentelevisie. Er waren twee netten en later drie. Als er niks uitgezonden werd, zag je een testbeeld. (Bestaan die dingen nog?)

We hadden geen afstandsbediening. Je moest van tevoren bedenken wat je wilde zien en pas daarna kon je je op de bank laten vallen. Maar zappen hoefde ook niet, want er was toch niks anders op.

Een keer voor mijn verjaardag huurden we een moviebox en keken Ciske de Rat. Dat was wat. Toen ik het huis uitging, kochten mijn ouders een videorecorder (ze bezworen dat het een niets met het ander te maken had).

Zonder tv redde ik het prima op kamers, al vond ik het wel leuk toen ik er eentje kreeg van mijn vader. Zonder kabel, dus alleen Nederland een tot en met drie.

Veel tv heb ik nooit gekeken. Ik ben er te ongeduldig voor en als ik wel zin heb om te kijken, is er zelden wat leuks op.

In feite vind ik het ongelooflijk ouderwets om te wachten of te haasten omdat ergens iemand bedacht heeft dat de film om half negen dient te beginnen.

De commerciële zenders boycot ik van harte. De weerzinwekkende minachting van de kijker om dwars in een scène reclame te knallen en zo een film van anderhalf uur uit te smeren over drie uur of meer kan ik niet verdragen.

Ik internet liever. Dan bepaal ik zelf wat ik zie of lees. Maar soms heeft een mens veel zin in een luie of romantische film. Af en toe koop ik een dvd maar dat is eigenlijk ook zonde als je die maar een keer kijkt. Opnemen vergt een vaardigheid waar ik niet heel bedreven in ben: plannen. Elke week het aanbod doornemen en de boel instellen: ik vind het al snel teveel gedoe.
Films downloaden snap ik niet (of wil ik niet snappen) en lenen bij de bieb kost me handenvol geld.



Gelukkig bestaat er uitzendinggemist, zodat ik in mijn eigen tijd terug kan kijken of luisteren. Dat vind ik nou echt een uitvinding.

Het enige wat ik leuk vind om 'live' te kijken zijn programma's als Ik vertrek vanwege de hilarische tweets die ik ondertussen lees.

Afgelopen weekeind zaten mijn echtgenoot en ik ons weer eens te verbazen over het schamele aanbod op zaterdagavond. Geen enkele film op de publieke zenders. Hoe is het toch mogelijk?
Om nou van arren moede dan maar het minst erge te kijken ging mij toch echt te ver en we hadden gewoon zin in een leuke film.

Toen dacht ik opeens aan Netflix, waar ik pas iets over gehoord had. Mijn eerste gedachte was: zucht, nog meer aanbod.
Maar ik keek toch maar eens. Ik meldde me aan, (eerste maand gratis tenslotte) en binnen tien minuten keken we naar onze eerste film. Op de laptop, dat nog wel, maar de volgende dag kochten we een kabeltje zodat we die avond de film op tv af konden zien.

Ik ben om. Het kost acht euro per maand en de beeldkwaliteit is prima. Het aanbod is groot genoeg. En je krijgt er geen blik tijd bij, dus ik weet niet hoeveel we echt gaan kijken. 

Het enige is dat de afstandsbediening niet op de laptop werkt. We moeten dus opstaan om de film aan of uit te zetten. Dat heeft wel wat. Net als vroeger.