donderdag 9 juli 2015

Met mijn meisje naar een heel oud meisje

Ik wilde mijn meisje graag het meisje van Yde laten zien. Bijna twee jaar geleden waagden we al eens een poging, maar net toen we in het museum van Assen waren viel de stroom uit en moesten we het museum verlaten. Gisteren deden we een tweede poging, die wel slaagde.


Ik mocht natuurlijk niet flitsen, daarom zo donker. Er zijn op internet betere foto's van haar te vinden.
Toen ik het meisje van Yde jaren geleden voor het eerst zag was ik verbijsterd en enorm onder de indruk. Iemand van bijna tweeduizend jaar geleden in het (weliswaar gekrompen, vervormde en verkleurde) gezicht kijken, onvoorstelbaar! Haar voeten, zelfs haar nagels zijn nog zichtbaar.



Ik vind dat zo fascinerend, dit contact met een andere tijd die voor ons onvoorstelbaar is. Ik zie allerlei beelden voor me van duistere moerassen, van eindeloze uitgestrekte, onaangeharkte natuur waar nu Hema’s en Mediamarkten staan. En ik zie mensen voor me die zo ongelooflijk anders in het leven staan. En het is misschien gek om te zeggen, maar ik heb op zulk soort momenten echt het gevoel dat ik ze zou kunnen begrijpen, en ik zou zo graag even in die tijd bestaan. En als ik me helemaal laat gaan ben ik er ook nog van overtuigd dat ik in mijn hoofd, in dat rare brein van mij, me echt kan voorstellen hoe het was om toen te leven en dat ik kan communiceren met die mensen en met dit meisje, dat ik kan horen wat ze te zeggen hebben. (Klinkt dit erg raar? Ja he?)

En ik wil daar dan iets mee dóen, met dat overweldigende gevoel. Een boek schrijven!

Ik weet dat er al veel over het meisje van Yde geschreven is, en ook een boek, maar het idee laat me niet los. In de museumwinkel vond ik niets over haar, wat ik een gemiste kans vond.

Mijn eigen meisje vond het ook allemaal interessant, en vooral leuk-griezelig.

Dit vond ik ook bijzonder grappig. Ik zag meteen voor me hoe de vinder en de veldwachter het lijk verdeelden en hoe de veldwachter met de voeten en een arm naar huis gaat. Zoiets verzin je toch niet?

Dit is die losse arm.



Daarna gingen we natuurlijk nog even Assen in. In de ontzettend leuke kinderboekenwinkel Rapunsel (waar we per ongeluk fluisterden omdat het zo stil was) zag ik mijn boek pontificaal in de kast staan! En ik kon het niet laten om dit boek te kopen van mijn collega-schrijfster Suzanne Wouda die ook gegrepen is door het historie-virus. Leesvoer voor in de vakantie, voor zowel mij als mijn meisje.